Utrechts Dagblad 29-01-2001Jeroen de Valk
lzaline Calister, gehoord: 27-01-2001, RASA, Utrecht.

Izaline Calister groot nieuw jazztalent

UTRECHT - Op zoveel belangstelling had RASA niet gerekend. Al een uur voor aanvang vormden zich lange rijen voor de kassa en de garderobe, die ieder slechts door een persoon waren bemand. Ook de barmensen werkten zich in het zweet. Gelukkig maar dat wereldmuziekfans geduldig van aard zijn.

Al die mensen kwamen voor Izaline Calister, de nieuwe Nederlandse jazzdiva. Haar roem was haar vooruitgesneld. Ze oogstte enkele maanden terug enkele extatische recensies met een optreden in het Amsterdamse Bimhuis dat alom werd vergeleken met het geruchtmakende concert van Denise Jannah aldaar in 1992. Volslagen onbekenden vielen elkaar in de armen, er werd gedanst in de smalle ruimtes tussen de banken en de sfeer van 'a star is born!' leek niet stuk te kunnen.

Overrompeld

Op zaterdag deed Calister het nog eens over voor een afgeladen zaal met fans van zeer diverse leeftijden en nationaliteiten. De enkeling die haar nog niet kende, werd meteen overrompeld; zelden wist een nieuweling zich zo overtuigend en innemend te presenteren. Calister voltooide twee HBO-studies —bedrijfskunde en zang, beide in Groningen— voordat ze zich nadrukkelijk ging manifesteren op de podia. Maar nu is ze dan ook helemaal klaar voor een triomfantelijke doorbraak. Ze beschikt over een lieflijk timbre, een groot bereik —waar ze overigens niet mee te koop loopt— en genoeg avontuurlijkheid om de platgetreden paden te vermijden.

De zangeres heeft min of meer haar eigen muziek uitgevonden: Antilliaanse jazz. Jazzy harmonieën en improvisaties, gecombineerd met de melodieën en ritmes van haar geboorte-eiland Curaçao. Een combinatie die niet werd ingegeven door subsidieoverwegingen —multiculturele muziek ligt goed bij allerhande commissies— maar als volkomen natuurlijk en vanzelfsprekend overkomt. De bouwstenen van haar muziek passen als Lego-steentjes in elkaar. Belangrijker is dat ze de indruk weet te wekken dat iedere noot zonder omwegen uit haar hart komt, en dat ze zonder enig voorbehoud achter haar muziek staat.

Ze zingt voornamelijk eigen repertoire; stukken die door twee leden van haar sextet —bassist Eric Calmes en pianist Randal Corsen— in harmonisch en ritmisch opzicht rijkelijk werden gestoffeerd. De ritmes liepen uiteen van vertrouwde bossanova's tot woeste Afrikaanse regendansen. Het hoogtepunt was echter een duet met Calmes; terwijl de laatste zich uitleefde in voltonige dubbelgrepen, zong Calister een smartelijke melodie. Na afloop liet ze weten dat we zojuist een bewerking van 'het officieuze volkslied van Curaçao hadden gehoord. Het moet wel heel gek lopen, willen de media haar de komende maanden niet in de armen sluiten.